Oprichting
Op 25 juli 1957 werd de R.K. Didamse Toneelvereniging opgericht. Bakker Willy Nova werd voorzitter, Henk Wolsing secretaris, Wijnand van Vuuren penningmeester en algemeen bestuurslid waren Jan van Londen en Jo Karreman. Kapelaan J.W. Bos werd geestelijk adviseur en hij werd na korte tijd opgevolgd door kapelaan H.J. Veer.
Aanstellen regisseur en de eerste voorstelling
De eerste regisseur was Alb. van Limbeek uit Velp. In september 1957 startte het repeteren en de keus was gevallen op het stuk ‘Hof Ter Hove’. Daarin speelden mee: wijkzuster M. Herkenrath, Piet l’Amie, Jo Karreman (onderwijzeres), Henk Wolsing, Jan van Londen, Theet Roemaat (tuinder), Truus Baakman, Corry Beursken, Wijnand van Vuren en Gerrit Roemaat (bloemist). In de eerste jaren werd gerepeteerd in het Carolusgebouw en vonden de uitvoeringen plaats in de toneelzaal van Café Raben. Gieks van Bakel zorgde jaren achtereen – met hulp van diverse leden – voor het bedenken en tot stand brengen van de prachtige decors.
Pastoor A.F.A. Janssen, leidsman en supporter
Het tweede project ‘In het Witte Paard’ werd in de steigers gezet ter uitvoering in november 1958. In de pauze zou door het Didams gemengd koor fragmenten van operetteliederen uit ‘Im Weissen Rossl’ worden gezongen. Pastoor Janssen volgde de verrichtingen van de jonge vereniging op de voet. In de Liemers spoorde hij de parochianen aan:
“Het is niet mogelijk op deze plaats alle uitvoeringen in Didam bijzonder aan te bevelen. Hier geldt echter iets, dat ons als parochie allemaal aan moet gaan. Want de Didamse Toneelvereniging is iets van Didam zelf. Het hangt nu maar van ons af of deze uitvoering slaagt. Wanneer wij komen, steunen wij in ieder geval twee belangrijke verenigingen in ons parochieleven: Onze Toneelvereniging en onze Gemengde Zangvereniging, twee belangrijke schakels in het Didamse Parochie- en Gemeenschapsleven.”
Ook in een huis-aan-huis-circulaire deed ‘Uw pastoor, A.F.A. Janssen’ zijn aanprijzing nog eens dunnetjes over: ‘Op zondag a.s. 2 november zien wij elkaar in het ‘Witte Ros’.
Volgende toneelstukken tot de jaren zeventig
1959 | Schipper van de Maartjen Jacoba |
1960 | Oor van Malchus |
1960 | Drie neemt vakantie |
1962 | De gekke dokter |
1963 | Wie kust de mummie |
1963 | Als de klok waarschuwt |
1964 | In de vergulde os |
1964 | Zo maar een veearts |
1966 | En de boer ploegt voort |
1966 | Het alibi – de stofzuiger – het behang |
1967 | Zand of klei |
1967 | Poerlepotje |
1968 | De onbekende wereld |
1968 | Het alibi – het behang – het huwelijksbureau |
1969 | Het hoedje van Marius |
Nieuwe regisseurs
Toen regisseur Van Limbeek in 1959 stopte, werd meester J. Feenstra zijn opvolger. Hij gaf echter na twee jaar aan te moeten stoppen en in zijn opvolging werd voorzien door Th. Krebber uit Zevenaar. Tot 1986 zou hij als regisseur zijn stempel drukken. Na zijn vertrek trad Herman van Londen tijdelijk in diens voetsporen. Daarna nam Bert Knaven deze taak op zich en in 1994 zien wij Anneke Geurtzen vermeld als ‘ad interim regisseur’. Dat is haar kennelijk goed bevallen want anno 2012 is zij nog steeds regisseur met Jan van Londen als haar assistent.
Diton zonder RK
Na het Vaticaans Concilie (1962-1965) ging ook in Didam een andere wind waaien. Het katholieke verloor zijn hoofdletters, ook bij het Didams toneel. Men besloot op 27 februari 1967 de naam van de vereniging te wijzigen: Didamse Toneelvereniging ‘Diton’. Ook niet-katholieken konden nu lid worden en W. Lusink was een van de eersten ‘van andere geloofssnit’ die zijn diensten aanbood. Een man erbij dat was wel toe te juichen. Er was een schrijnend tekort aan mannelijke spelers. Op 29 februari 1980 kopt De Gelderlander met: ‘Toneel in mannennood’. Desondanks bleef het probleem bestaan. Veel jaren aaneen vinden we in Diton-programmaboekjes en in krantenstukjes een oproep aan mannen om toch vooral niet te schromen
Aantal voorstellingen
Diton heeft tot 2010 in totaal 68 stukken op de bühne gebracht waarbij het gaat om 132 voorstellingen. Slechts een enkel jaar werd er overgeslagen. Die frequentie lag jaarlijks gedurende vele jaren op één. Wat natuurlijk jammer is wanneer daar zoveel tijd en energie aan besteed is. Vanaf 1986 is de frequentie op twee gebracht. Vanaf 1991 op drie en vanaf 2000 weer op vier.
Kroon op het werk: de Cultuurprijs in 1996
In 2010 telde Diton vijftien leden, waaronder acht mannen! Daarbij meegerekend de nestor Jan van Londen die er al vanaf het eerste uur bij was. Het spelen heeft hij – gezien zijn leeftijd- eraan moeten geven. Jan is niet de enige in het gezelschap die al zoveel jaren trouw lid is. We treffen ook vandaag nog Ton Godschalk op de spelerslijst aan. Ook hij is ‘lid van het eerste uur’. In het bestuur neemt hij momenteel de functie van secretaris op zich: een rol die hem al sinds 1963 gedurende vele termijnen goed lijkt te passen. Deel van de huidige crew maakt ook uit Anneke Geurtzen- Van Bindsbergen. Zij is lid vanaf 1963 en sinds 1994 is zij regisseuse. En Jannie van Vossen. Zij speelt al vanaf 1969 mee en zij is vanaf 1995 tevens bestuurslid. In 1996 mocht Diton de gemeentelijke cultuurprijs in ontvangst nemen. Deze prijs is een bekroning op het werk van al diegenen – hiervoor genoemd en niet genoemd – die zoveel tijd en kwaliteit aan de planken hebben gesleten.
Bronnen:
- Jaarboek Oaver Diem 2010, Diton, een ruim vijftigjarige toneelvereniging
- Archief Diton, Verslag Toneelcommissie 27 februari 1956 – februari 1957
- Archief Diton, Statuten
- Archief Diton, Ledenlijst 1957 – 2006
- Archief Diton, Dagboek 25 juli 1957 – 23 maart 1962
- Archief Diton, Verslagen 9 oktober 1962 – 26 mei 1973
- Archief Diton, 1958 – 1971
- Archief Diton, 1972 – 1983
- Archief Diton, 1983 – 1995
- Archief Diton, 1996 – 2000
- Jan (85) nog een keer op podium bij jubilerend Diton, in: Dagblad De Gelderlander 22 februari 2007