Martinuskerk (Didam)

De komst van de Fransen bracht vele veranderingen. Er kwamen nieuwe vrijheden en dus was het wettelijk ook weer mogelijk om het rooms-katholiek geloof te belijden. Het duurde even voordat de katholieken daar zelf raad mee wisten. Koning Willem I (1813-1840) gelastte een onderzoek in alle gemeenten naar de noodzaak tot het bouwen van nieuwe of het herstellen van oude kerkgebouwen. Het ministerie van Waterstaat zorgde hierna voor de financiering. Ook in Didam kwam in 1837 een nieuwe waterstaatskerk ter vervanging van de primitieve schuur- of schuilkerk en de kerk werd onder bescherming van St. Martinus gesteld. Deze nieuwe kerk bood plaats aan 925 parochianen. De gehele gemeente Didam kende toen slechts één moederparochie, de Heilige Martinus.

Geen foto beschikbaar

G. Troost
Periode: 1809-1842
Geboren in 1768 in Sambeek en werd in 1801 tot priester gewijd. Hierna ging hij als kapelaan werken in Wijnbergen bij Doetinchem. Op 5 oktober 1809 werd hij benoemd tot pastoor in Didam. Na de periode Didam werd hij aangesteld in ’s-Heerenberg. In 1852 ging hij in Didam wonen en overleed daar op 12 januari 1858.

Geen foto beschikbaar

L.H. van Haag
Periode: 1842-1850
Geboren in 1805 in Zeddam en werd in 1828 tot priester gewijd.
Veertien jaar lang was hij kapelaan in Groessen en Zeddam. Op 6 december 1842 werd hij benoemd tot pastoor van Didam. Na een langdurig ziekbed overleed hij in 1850 op nog jonge leeftijd.

A. Hulshof
Periode: 1851-1875
Geboren in 1816 in Lichtenvoorde en werd in 1839 tot priester gewijd. Hierna werkte hij als kapelaan in Baak, Gendt en weer Baak. Vervolgens werd hij pastoor van Wijnbergen. Op 28 januari 1851 werd hij benoemd tot pastoor van Didam. Hij overleed daar op 19 september 1875.

P.J. Tasset
Periode: 1875-1895
Geboren in 1830 in Vessum en werd in 1856 tot priester gewijd. Hierna werkte hij als kapelaan in Amersfoort. Aansluitend volgde benoeming als pastoor van Vriezeveen en hierna in Hengelo (O). Op 7 oktober 1875 werd hij benoemd als pastoor van Didam. Na een pastoraat van 20 jaar overleed hij in 1895 na een kortstondige ziekte.

C.J.A. Otten
Periode: 1895-1908
Geboren in 1847 in Zwolle en werd in 1871 tot priester gewijd. Hij was kapelaan in Oud-Zevenaar en hierna in Vaassen. Hierna werd hij aangesteld als pastoor in Zuidhorn (Gr.) Op 5 juli 1895 werd hij benoemd tot pastoor van Didam. Hij overleed in Didam in het jaar 1908.

G.H. Reuvekamp
Periode: 1908-1946
Geboren in 1864 te Mastenbroek en werd in 1888 tot priester gewijd. Hij was kapelaan in Stadskanaal en Ter Apel, Deventer en Hasselt. Op 12 november 1908 werd hij als pastoor van Didam benoemd. Hij werd in 1911 benoemd tot Deken van het Dekenaat Doesburg nadien gewijzigd in het Dekenaat Zevenaar. Na een kortstondige ziekte overleed hij in 1946 in Didam.

Lees hier het artikel over G.H. Reuvekamp

A.F.A. Janssen
Periode: 1946-1961
Geboren in 1897 in Spijk en werd in 1921 tot priester gewijd.
Hierna werkte hij als kapelaan te Buslo en Arnhem vervolgens werd hij tot pastoor benoemd in het Groningse Bedum. Hij werd op 13 november 1946 aangesteld als pastoor in Didam. Nadat in 1954 de oude dorpskerk (Mariakerk) werd gekocht van de Protestantse gemeente zette hij zich met hart en ziel in voor de restauratie van de oude kerk. Op 11 juni 1961 werd hij de eerste pastoor van de nieuwe parochie OLV van Altijddurende bijstand. Hij overleed in 1985.

Lees hier het artikel over A.F.A. Janssen

Sinds 1961 had Didam twee parochies, de Heilige Martinus (Martinusparochie) en OLV van Altijddurende Bijstand (Mariaparochie). Soms waren er tijdelijke assistenten werkzaam. De zielzorg werd steeds vaker uitgeoefend binnen een inter-parochieel verband. Er waren steeds minder priesters beschikbaar voor de vele werkzaamheden binnen de parochies. Dit was met name het geval toen in 1977 pastoor L.G. Koks (Mariaparochie) overleed. Ook werden er pastoraal werkers aangesteld en dit was in 1980 voor het eerst het geval toen zuster M.E. (Maria) Welters werd aangesteld

J.J.F. Bäcker
Periode: 1961-1978
Geboren in 1910 in Arnhem en tot priester gewijd in 1936.
Toen hij in Didam begon had hij geen ervaring in het parochiewerk. Wel had hij tot 1940 theologie gestudeerd aan de Nijmeegse universiteit en kerkgeschiedenis gedoceerd aan het filosoficum in Slagharen. Daarna volgde hij in 1945 kardinaal Alfrink op als professor (exegese) aan het groot seminarie in Rijsenburg. In 1978 ging hij met emeritaat en vestigde zich weer in Arnhem waar hij in 1993 overleed.

H.A.M IJzereef
Periode: 1978-1981
Geboren in 1928 in Borne en in 1956 tot priester gewijd.
Hij volgde zijn priesteropleiding bij de paters Oblaten van Maria (OMI) aan het seminarie Valkenburg. Hij vertrok als missionaris naar Suriname en Namibie. In 1972 keerde hij terug naar Nederland en werd benoemd als medepastoor in Haaksbergen. Op 24 september 1978 volgde zijn benoeming als pastoor van Martinusparochie en medepastoor van de Mariaparochie in Didam.

A.A.J. Langkamp
Periode: 1978-1990
Geboren in 1929 in Haarle en in 1957 tot priester gewijd.
Hij volgde zijn priesteropleiding bij de paters Oblaten van Maria (OMI) aan het seminarie van Zenderen en Valkenburg. Na een stage in het Duitse Vreden werd hij in 1960 godsdienstleraar. Hierna was hij enige tijd gevangenis-aalmoezenier en kreeg hij tot de aanstelling in Didam de pastorale zorg op zich van het Elisabeth Gasthuis in Haarlem. Hij werd in 1978 in Didam benoemd als pastoor van Martinus en medepastoor Mariaparochie.

G.M. Griffioen
Periode: 1991-1997
Geboren in 1951 in Amsterdam en tot priester gewijd in 1993. Hij was frater Marist toen hij in 1991 werd aangesteld als pastoraal werker van Martinus en de beide Maria parochies in Didam en Loil. Na 25 jaar Marist te zijn geweest besloot hij om priester te worden. In 1997 werd hij ook verantwoordelijk voor de geestelijke zorg binnen de Antoniusparochie van Nieuw-Dijk. In december 1997 vertrok hij uit Didam om zijn werk voort te zetten in zijn geboorteplaats Amsterdam.

M.J.G. Bosch
Periode: 1998-2005
Geboren in 1938 in Pannerden en werd tot priester gewijd in 1995.
Studeerde intern op het seminarie van de Missie paters van de Heilige Geest in Weert. Aanvankelijk koos hij voor het bedrijfsleven en trad in 1966 in het huwelijk. In 1990 overleed zijn vrouw en hierna (1991) besloot hij de priesteropleiding te volgen aan het Arienskonvikt in samenwerking met de Universiteit Utrecht. In 1994 ging hij werken binnen het parochieverband Huissen-Zand. Op 1 november 1998 werd hij benoemd binnen de vier parochies van Didam, Loil en Nieuw-Dijk.

In de periode 2000-2003 was Deken H.J.M. van Merm als waarnemer verantwoordelijk voor het pastorale werk binnen de parochie. Op 1 december 2003 benoemde de aartsbisschop een team voor Didam, Loil en Nieuw Dijk. Pastoor werd B.H. Aarsen. Samen met pastoraal werkster M. Dijkman en diaken Th. Reuling kregen zij de opdracht te werken aan een fusie van de parochies in de driehoek Didam, ’s Heerenberg, Wehl. De ontwikkelingen in de kerk, niet alleen de terugloop van het aantal priesters en pastoraal werkers, ook de afname van de betrokkenheid van parochianen, maakten het noodzakelijk om krachten te bundelen en efficiënt met de geldmiddelen om te gaan.

B.H. Aarsen
Periode: 2003-
Geboren in 1953 en in 1997 tot priester gewijd. Hierna werd hij benoemd tot pastoor in Bemmel en Haalderen. Vanaf 2000 was hij dit ook in Gendt en Doornenburg. Hij werd in 2003 benoemd tot pastoor van het parochieverband Didam, ’s-Heerenberg en Wehl.

Beknopt overzicht van kapelaans, medepastoors en assistenten (niet volledig)

Sinds 1961 had Didam twee parochies, de Heilige Martinus (Martinusparochie) en OLV van Altijd durende Bijstand (Mariaparochie). Soms waren er tijdelijke assistenten werkzaam. De zielzorg werd steeds vaker uitgeoefend binnen een inter-parochieel verband. Er waren steeds minder priesters beschikbaar voor de vele werkzaamheden binnen de parochies. Dit was met name het geval toen in 1977 pastoor L.G. Koks (Mariaparochie) overleed. Ook werden er pastoraal werkers aangesteld en dit was voor het eerst het geval in 1980 toen zuster M.E. (Maria) Welters werd aangesteld.

NaamFunctiePeriode
M.E. Welterspastoraal werker1980-1985
J.J. Scholten OFMmedepastoor 1981-1986 (zie ook OLV Maria (Loil)
F.A. Gilsingemeritus/priester1987-1991 (zie ook OLV Maria (Didam))
F. Th. Effingemeritus/priester1987
J.M. Vospastoraal werker1988-1990
G.M. Griffioenmedepastoor1991-1997 (zie ook OLV Maria (Didam))
D.A.M. Benders-Bloemkolkpastoraal werker1993-2000
J.A.M. Goemanpastoraal werker1997-2003
M.J.G. Boschmedepastoor1998-2005 (zie ook OLV Maria Didam))
A.T.M. Hoffschultepastoraal werker2001-2003
M. Dijkmanpastoraal werker2003-2016
Th. Reulingpastoraal werker*vanaf 2005
W. van Essenpriester2007-2010
C. Verrips-van Gesselpastoraal werker2008-2013
G. van der Ploegpastoraal werkervanaf 2016
  • Onbezoldigd diaken vanaf 1998 en vanaf 2005 officieel benoemd

De parochie H. Gabriël

Geloofsgemeenschappen
Sinds 1 januari 2010 maken de parochies H. Martinus/H. Maria OLV, Didam, H. Antonius van Padua, Nieuw-Dijk en OLV Onbevlekt Ontvangen, Loil, deel uit van de fusieparochie H. Gabriël. Sinds die tijd wordt gesproken van geloofsgemeenschappen en hierbij zijn de twee Didamse parochies (Martinus en Maria) samengegaan tot één geloofsgemeenschap. De Gabriëlparochie bestaat in totaal uit elf geloofsgemeenschappen, onderverdeeld in vier clusters. De geloofsgemeenschap Didam vormt samen met Beek, Loil en Nieuw-Dijk cluster 2.

Pastoraal team
Het pastoraal team bestaat uit pastoor J. Jansen (hoofdverantwoordelijk vanaf 2013), pastor B. Aarsen, pastoraal werker G. van der Ploeg en diaken Th. Reuling, bijgestaan door diaken L. Feijen en verder ondersteunt door emeritus pastores.

Parochiecentrum
Sinds 2011 is het parochiecentrum Martinus-Maria in Didam het centrale punt van de hele parochie H. Gabriël en heeft het pastoraal team er haar werkplekken. Ook het secretariaat en de parochiële drukkerij is er gehuisvest.

Bronnen

  • Kerkenboek Didam, Geloven rond de Diemse toren, duizend jaar kerkgeschiedenis
  • J.A.B. Beursken, blz. 407 t/m 426, (Nijmegen 2000)