Inleiding
Het buurtschap Loil behoorde aanvankelijk tot de Sint Martinusparochie in Didam. De vele kerkpaadjes getuigden ervan, dat de beminde gelovigen de kortste weg dwars door weilanden en akkerland namen, wanneer ze de kerk bezochten. Daar de Sint Martinusparochie te uitgestrekt was, het aantal gelovigen te groot voor de oude Waterstaatskerk in Didam en het daarom voor het zielenheil wenselijk was, vroeg de pastoor G.H. Reuvekamp twee nieuwe parochies te mogen stichten (Loil en Dijk). De bisschop in Utrecht, monseigneur H. van de Wetering stemde toe in 1909. De grond voor de nieuwe kerk werd in 1909 aangekocht. Architect Rietbergen uit Utrecht had in februari 1910 alle tekeningen gereed en op 24 mei 1910 werd de eerste steen al gelegd. Tot bouwpastoor was op 5 november 1909 Ph.J.J. Inden benoemd. In slechts 174 werkdagen stond de kerk er en dat mag een bijzondere prestatie heten. Al het grondwerk werd met kar en paard verzet en met kruiwagen en schop hielpen veel Loilenaren mee aan de bouw. De specificatie van de bouwkosten van kerk en pastorie kwam uit op 66.081,43 gulden.
De financiering en bouwstijl
De moederkerk Sint Martinus in Didam schonk 30.000 gulden. De parochianen van Loil zegden toe om gedurende vijf jaren jaarlijks een bedrag van 600 gulden op te brengen en de aartsbisschop droeg 1.000 gulden bij. Daarnaast werd een lening aangegaan van 16.000 gulden. Het tekort werd volgens de vooraf overeengekomen regeling door bouwpastoor Ph.J.J. Inden betaald en zonder bijkomende verplichtingen aan de nieuwe parochie geschonken. Opmerkelijk bij het totale kostenplaatje was het salaris van de architect, toen al begroot op 2.463 gulden. Maar deze architect had er wel iets moois van gemaakt. In de bouwstijl vinden we de invloeden terug van de neogotiek uit de achttiende en negentiende eeuw, herkenbaar aan de spitsbogen en overdekking met kruisribgewelven. De glas-in-loodramen zijn ook het vermelden waard. De plattegrond van de kerk heeft de vorm van een kruis, opgebouwd uit een centraal gelegen schip met aan weerszijde zijbeuken, kapellen en bijvertrekken (sacristieën).
De consecratie
De kerkconsecratie (kerkwijding) vond plaats op maandag 14 november 1910 door Mgr. Henricus van de Wetering, aartsbisschop van Utrecht. De kerkwijding zelf was naar de aard van die tijd een indrukwekkende plechtigheid die vele uren in beslag nam. Het was die dag groot feest in Loil. De gehele gevel van de kerk was voorzien van elektrische lampjes die brandden door middel van een dynamo, aangedreven door de zuiggasmotor in de korenmolen. Vetpotjes verlichtten de gevel van de pastorie.
Aktie Kerkdak
Dat de parochiekerk de Loilenaren na aan het hart ligt, bleek tijdens de Actie Kerkdak. In 1993 werd door middel van allerlei acties en initiatieven 154.825,59 gulden bijeengebracht voornamelijk om het dak van originele nieuwe leien te voorzien waardoor het algemene herstel van het kerkdak werd bereikt.
Tot slot
Voor de Tweede Wereldoorlog was de aankleding van de kerststal in de Loilse kerk een bezienswaardigheid die vanuit de wijde omgeving bezoekers trok. Zo was 1910 dus een bijzonder jaar. De stichting van de parochie is de aanzet geweest tot vele nieuwe ontwikkelingen in het dorp zoals: school, klooster, muziekvereniging, begraafplaats, schutterij, bibliotheek en voetbalvereniging. Loil is ook nu nog een actieve parochie met veel goed opgeleide leken, die ook in de buurtparochies hun diensten verlenen en met veel vrijwilligers die hun tijd geven aan hun kerk en hun gemeenschap. Ook de jaarlijkse financiële bijdrage van de Loilenaren zorgt voor continuïteit. Het eeuwfeest van deze parochie in 2010 werd met gepaste trots gevierd.
Bronnen:
- Staring, F.J.M. en Beursken, J.A.B., e.a. Kerkenboek Didam, thema II 2.2. Oudheidkundige Vereniging Didam (Nijmegen 2000)
- Loil 2000, Stichting Kontaktraad Loil, (Doetinchem 2002)